LEGENDES over INDONESIë

| LEGENDES en GEDICHTEN over INDONESIë | MIJN GEBOORTE LAND EN - STAD | MOOIE GEDICHTEN VAN INDO'S | GASTENBOEK | FAMILIE FOTO ALBUM | VERHALEN en LEGENDES | MEER LEGENDES | DIVERSEN | VERVOLG VAN VERHALEN EN LEGENDES

VERVOLG VAN VERHALEN EN LEGENDES

bhineka.gif

anylizingcomputer.gif

              Even mijn eerste kompoeterbelevenis vertellen!!

 

 Hoe toch dese ? Kersversnieuwe kom poeter. Met Windows. Soooo mooi ja. Boeka djendela...toetoep djendela. Windows here...Windows there....ister Windows everywhere. Eerste e-mail verzonden met telefonische aanwijzingen kompoetergoeroe. Hij zegt: "Ik leer jou meteen een bijlage versturen. Je klikt op dit...je klikt op dat......Verzenden!" Complete brieveninventaris aan de paperclip in de e-mail naar de goeroe. Per ongelukkig.Eerst schrik ik me rot. Hoe komt zo'n rare brief in mijn peecee? Ik heb die niet geschreven. Gottegot, dat ding doet maar waar ie zin in heeft. Toverij dese.Weet ik veel dat zo iets al in geprogrammeerd zit.Goeroe met kilometers brieven in zijn postvak. Dan komt goede vriend en zet leuk programma in mijn computer. Soooooo lief ja. Voor mijn verjaardag. Hij is bezig mij te vertellen hoe je dingen verplaatst. Klik er op...vasthouden...en schuiven naar .... ! Leuk dese. Ja-illah.... bestand kennietopen. Hoe toch? Intussen komt de computer meneer en zet Internet in de pc-hersens. Ach, ik ben al bingung ja. Eerst nieuwe peesee, dan nieuwe vulling, dan nog iemelen. Goede vriend had van te voren afgesproken wanneer hij zou komen. Afgesproken om half elf. Maar op afgesproken tijd geen goede vriend Ik denk: "Hij vergeet." Een vriendin belt op of ik meega winkelen. Ik zeg ja, goede vriend is er nog niet en ik denk: hij vergeet. Net dat ik de hoorn neerleg, staat hij in mijn keuken. Ik bel vriendin dat ik niet meega. Koffie zetten.

Goede vriend achter de pc en installeren. Ik met mijn neus er boven op. Net magie ja. Hij doet cd in spleet. Druk op knop. Scherm gaat flikkeren. Hij tokkelt op keybord,zonder muziek. En opeens....peecee hij weet.... De Telefoon gaat. Mijn moeder . Dat klaar, gaat de voordeurbel. De peeceemeneer. Komt Internet installeren. Gokte of ik er was. Ja dus. De meneer gaat aan de slag. Ik geef goede vriend een kom soto ayam. De telefoon. Mijn vriendin. Hoe laat ik klaar ben. Nog niet. Weer de telefoon. Ik neem niet op. Wordt wel zenuwachtig. Toen dat klaar was vertrokken goede vriend en de peeceemeneer. Sooooo rustig opeens. Ik mijn vriendin gebeld: "Ben je al weg geweest of ga je nog?"

"Ik moet nog." "Ik ga mee." Dus met haar winkels gekeken en naar taartjeswinkel geweest. Even er uit. Om mijn hersens te laten bijkomen. Vandaag e-mail van peeceegoeroe ontvangen. Hij kreeg geen aansluiting. Wel via "Allerlei moeilijke namen", zoals Daemon hupplepup en zo. Volgens hem lag dat aan mij. Ik geloof dat grif. E-mail-beginneling toch. Dus hoe toch dese? En toen...... en toen mijn hele Internet isternietmetchem. Potdicht. No connection of zoiets. Hoe nou met mijn e-mail? Kenniet inkomende post...kenniet uitkomende post. En peeceegoeroe maar e-mailen. Morgen belt hij op: "Wat heb je gedaan. Kreeg mijn post er niet door." Hier krijg ik de slappe lach van. Met al dat inkijken en proberen zitten al mijn bestanden op slot. Kan niets meer openen. Lekker rustig. Morgen de peeceemeneer bellen voor "de sleutel". Mag hij het weer in orde maken. Die computermeneer heb ik nog niet gebeld. Eerst maar lekker spelen tot totallos en dan mag hij komen om de boel weer te reorganiseren. Dan snap ik tenminste een beetje hoe dit in elkaar zit.

 

vuurvliegje.gif
VUURVLIEGJE SCHITTEREND

    Legende over de vuurvliegjes die schitteren

 

Dit verhaal  "vuurvliegjes die schitteren" is gebaseerd op hoe volgens de legende vuurvliegjes zijn ontstaan.

Ach natuurlijk weer uit de oude beschimmelde doos gehaald van vroeger, zoals het verteld werd in de legendes uit de desa kampong.

"Kom in ons dorpje daar is een verhaal van de vuurvliegjes". Ik zal dit verhaal zoveel mogelijk in het hollands vertellen, daar velen van jullie waarschijnlijk geen echt javaans meer kunnen herinneren en het anders moeilijk te begrijpen is. Ook zou het moeilijk zijn voor degenen die in hun jonge jeugd niet merendeels in de desa's hebben vertoefd, aangezien vele ouders het verboden om met de kampongjeugd te mingel mengelen vanwege de standaard in opvoeding.

Het verhaal gaat over vuurvliegjes die zo mooi schitteren en schijnen in de avond en die merendeels te zien zijn in dorpjes en niet zo vaak in de omgeving van steden. De legende aangaande vuurvliegjes was begonnen toen kleine kinderen, mijzelf inbegrepen, de vraag stelden: "Pa, waarom hebben die vuurvliegjes een lampje?" Pa zegt: "ga zitten kindertjes dan zal ik het jullie allen even vertellen. In de cultuur in vele desa's eren wij de doden, maar daar is ook iets bijzonders: voor hen die goed geleefd hebben en veel liefde gaven, wordt, als zij sterven, speciaal een slamatan (feestje) gehouden. En wanneer die  persoon op een vrijdag is overleden (de dag dat meestal wordt geëerd) en op een schemerige avond zijn laatste adem heeft uitgeblazen, dan is de geest van die persoon veranderd in een konnang konnang (vuurvliegje). Nou, wat wil dat zeggen? Wat is een vuurvlieg-geest? Het is een geest die zich in de gedaante van een vuurvliegje vertoont, zodat de nabestaanden zich de overleden persoon blijven herinneren en zij hem of haar nog altijd in hun hart kunnen sluiten. Zij zullen dan de overledenen altijd gedenken met konnang konnang (als een vuurvliegje )."Wanneer de vuur vliegjes 's avonds net na de schemering te voorschijn komen, weten de dorpelingen meteen wie het zijn en met warmte zijn de vuurvliegjes zeer welkom en worden in ons midden opgenomen", zegt Pa.

Het verschijnen duurt niet lang, alleen om even in een flits te laten weten en te laten zien dat zij altijd in ons midden zijn. Kijk goed naar de vuurvliegjes wat zie je dan ?

Het lichtje flikkert altijd aan uit, aan uit en dat is het teken slamat dari atti-nja jang terkonnang konnang sing djogo pondok desohnee (van de hartjes van de vuurvliegjes de bewakers van het dorpje.) Volgens de legende zijn de vuurvliegjes ontstaan uit de nagels van de overleden persoon. Waarom uit de nagels? De uitleg van Pa is dat de nagels namelijk niet verteren en niet vergaan.

rose.gif

                                  DE STILLE KRACHT

 

 

Vele culturen, waaronder de natuurvolkeren, maken "gebruik" van hun voorgevoelens en daarom is het vrij merkwaardig dat een eilandenrijk als Indonesië een hele filosofie erom heen heeft geweven.
Daar is niets griezeligs aan en heeft slechts te maken met de vooral Javaanse mystiek, die algemeen bekend staat als "KEBATINAN", afkomstig van het Arabische batin, wat "innerlijk/inwendig" betekent!
Maar liever gebruiken de meeste Javanen de term "jiwa = ziel/verstand of roh = geest".
Dit naar aanleiding van verschillende groepen die weigeren om zichzelf kebatinan te noemen, daar deze veelal verward werd met allerlei occulte praktijken die krachten betrokken met mystiek uit het KEJAWEN, ofwel de oorspronkelijke Javaanse mystiek..
Het kebatinan is meer een levensstijl die niet persé in nodige mystieke ervaringen behoeft te worden uitgedrukt of beleefd. Het zijn "innerlijke gevoelens" die men kan ontwikkelen om een supergevoeligheid met alles en iedereen te verkrijgen. De leer hiervan heet

" Tenaga Dalam"," Stille Kracht"!
Daarvoor wordt een soort "strijd" aangegaan met het Zelf en betrokken met de zg. kosmische krachten. Alle kanalen van het Zelf zullen geopend worden en het spreekt voor zich, dat symboliek hier vooraan staat!

Via de beroemde Wayangpoppen spelen worden in net zo beroemde vertellingen de mysterieën van het bestaan doorgegeven, vermengd en verweven met de dagelijkse zaken. Het pad naar geluk en voorspoed zou enkel bereikt kunnen worden, als elke mogelijkheid voor lichaam, geest en ziel benut wordt, zegt men.
Het begrip van kebatinan houdt in dat de Mens "uiterlijke kwaliteiten bezit en innerlijke mogelijkheden".
Deze twee aspecten staan onlosmakelijk met elkaar in verbinding. Het aardse leven kan slechts in harmonie beleefd en geleefd worden, als deze twee aspecten inderdaad met elkaar in verbinding gebracht kunnen worden...
...en tevens onderscheiden kunnen worden!!!

Dit dus volgens de Javaan, die harmonie, evenwicht en gerechtigheid op een hoogste plaats heeft geplaatst. Het hele gedragsvermogen is afhankelijk van deze "stille gedachte" (want praten erover doet men niet!) en "etikette" ordent het algemeen gedragsvermogen, de "traditie" ordent het gemeenschappelijk gedragsvermogen, de ritueelgerichte religieuze en animistische praktijken ordenen de bepaalde betrekkingen tussen het bovennatuurlijke en de menselijke gemeenschap...
Terwijl de gedragsregels moreel ondersteunen en de nadruk leggen op acceptatie, aanvaarding, geduld, bedachtzaamheid, voorzichtigheid en alertheid. Deshalve is "nederigheid" en "bescheidenheid" zo eigen aan de Javaanse Oosterling, die alles doet om lust-, begeerte- en emotie-gevoelens van de Mens in bedwang te kunnen houden!!!

roselo.gif

              Sprookje in 1948 bewerk in de Militaire stijl van

 

                               DE WOLF EN DE ZEVEN GEITJES

 

D’r ware zeve jonge geitjes en op een dag most de ouwe geit naar de passar om d’r resjes  (rations) te verpatse en toen zei ze tege de geitjes: “ Jonges mamma mot eve weg, geen rottigheid uithale en as de wolf soms komt, zeg dan maar dat-ie kapot ken valle. Niet ope doen, anders ben je de sigaar.

Net doen asof je neus bloeit.”.“Hartstikke baik”, zeie de geitjes.” “Voor z’n ruige “, zei de ouwe, “de mazzel.” Toen de ouwe geit weg was ginge de geitjes spelletjes doen uit een boekie van welvare en alles was kits, tottatter op de deur werd geramd. “ Daar heb-ie het geduvel,” zeie de geitjes,”Wat mot je?” vroeg ‘r een.”Maak de deur es ope, knapie,” zei de wolf, die buite stond en de boel wilde vernaggele. “ Je zuster,” zeie de geitjes, die hoorde dat-ie de wolf was,” we kijke wel linke uit. Lazer op.” “Doe nou niet zo rot,” zei de wolf, de bruinwerker,”maak die deur nou effe ope.” “Bloedlink!” brulde de geitjes,”neem je tante maar in de veiling.” Affijn, te lange leste drukte de wolf z’n porum, want hij voelde wel, dat die geite in de gate hadde, dat ‘t een vuil bakkie was. Effe later kwam-ie terug en zei met een vrouwestem, dat ze de deur moste opendoen, want de tent zat nog steeds op slot.

De geitjes doche, dat alles jofel was, maar eentje was ‘r toch zo link om de wolf te vrage z’n poot te late zien. De wolf snapte wel, dat-ie fout liep as-t-ie z’n poot liet zien en drukte z’n snor maar weer. Nou most-ie wat ander verzinne en hij douwde z’n poot in het meel om t elate schijne of-t-ie wit was. Toen de geitjes weer vroege om z’n poot te late zien, dachte ze, dat  alles voor mekaar was en zeie:” Goeie soep, jonges, ope de deur.”De wolf kwam binne en zei;”Nou heb ik jullie an je staart.” De geitjes schrokke zich het apelazarus. De wolf sloeg ze half lens en vrat ze op. Alleen het zevende geitje was zo link om in de klok te duike en bleef daar zitte tot de wolf weer pleite ging. Affijn, ‘s aves kwam de ouwe geit zwaar in de lorum thuis en het kleine geitje vertelde, dat die rotwolf de andere zes in z’n melik had gedouwd. “Zo’n stuk schorum,” zei de ouwe geit, die meteen zwaar de schurft in kreeg, “die rotgeintjes zal ik ‘m eve aflere.”

De ouwe nam een eind hout en ging met het geitje naar het hol van de wolf, die met zijn volle buik voor pampus in de hoek lag te snorke.“Heb jij mijn kindere opgevrete, loeder?”  schreeuwde de ouwe. De wolf werd wakker en schrok zich rot. “ Ben je belazerd,” zei-die gauw, “ik heb geen poot buite de deur gezet,” “ Hij liegt dat-ie barst,” riep het geitje, “ ik heb ‘t zellef gezien.” De ouwe geit sprong naar de wolf toe en sloeg ‘m met het eind hout z’n harses in. De wolf lag meteen kassie zes en was in een mum van tijd de pijp uit. De ouwe nam een nijf en snee de pens van de wolf ope. De zes geitjes spronge d’r uit en zonge: “Daar benne we weer.” “ Jullie kenne van geluk spreke,” zei de ouwe geit, was je bijna de pineut geweest. Altijd bloedlink met die jonge beeste.” Affijn om kort te weze, ze douwde de bast van de wolf volmet keie en lazerde ‘m in een put. En de geitjes leefde nog lang en gelukkig.

 

==========================================

Het verhaal hieronder heb ik geschreven, omdat ik vroeger wel eens verhalen over Fighting Mieck van mijn vader en zijn broer heb gehoord hoe hij bokste.                    

                                FIGHTING MIECK

De wederwaardigheden van Java's bokskampioen 

Niemand wist eind jaren dertig hoe de kampioen van Java in het zwaargewicht boksen 'Fighting Mieck' precies heette. De meesten kon het ook niet veel schelen. Zij bewonderden hem vanwege zijn mooie stijl en zijn vechtlust.
Vooral in het Bandoengse, waar Mieck woonde bij zijn Javaanse moeder aan de rand van de kampong, werd hij op handen gedragen. Een toenmalige vriend van hem vertelde mij laatst dat het vooral heel gemakkelijk was Mieck te kennen bij het wekelijks terugkerende gevecht op zondag aan de kassa om bioscoopkaartjes te bemachtigen. Iedereen deinsde terug als Mieck binnenkwam en tien kaartjes opeiste voor zijn vrienden. 
Niemand wist veel over de achtergrond van Mieck behalve dat zijn vader sergeant was geweest in het KNIL en vrij kort na de geboorte van Mieck was overleden. Hoe Mieck van zijn achternaam heette wisten weinigen tot hij in mei 1940 werd gearresteerd. Hij bleek Duits staatsburger te zijn en droeg de indrukwekkende naam Freiherr Hugomieck von Rosenthal bis und zum Rosenthal. 
Zijn vader, zo bleek, had eind 19de eeuw nog deel uitgemaakt van een zogeheten doodskopeenheid die tegen de Fransen had gevochten. Daarna was hij naar Indië vertrokken om er een Javaanse te trouwen, een kind te krijgen en de rest van zijn leven als KNIL-sergeant door het leven te gaan. Bewust of onbewust had Mieck's vader nooit afstand gedaan van zijn Duitse nationaliteit. Dus was Fighting Mieck, die dat vermoedelijk zelf niet eens wist, ook Duitser en werd als staatsgevaarlijk individu geďnterneerd.
Een paar Duitsers in het detentiecentrum waar Mieck was opgesloten meenden beledigende opmerkingen te kunnen maken aan het adres van Mieck, omdat zijn uiterlijk verraadde dat Mieck geen ariër was. De betekenis van dat woord ontging Mieck, ook verstond hij geen woord Duits, maar de beledigende toon waarmee Mieck zich voelde bejegend deden zijn vuisten jeuken. Kortom, er vielen zeer rake klappen. Fighting Mieck werd afgevoerd naar een strafgevangenis op het eiland Onrust. Het nieuws over de arrestatie van Mieck en de heldhaftige manier waarop hij een aantal Duitsers had toegetakeld verspreidde zich snel. Er werd een campagne op touw gezet om hem vrij te krijgen. De Indische autoriteiten zagen in dat langer vasthouden van Mieck vrij belachelijk was en lieten hem vrij onder voorwaarde dat hij zich onmiddellijk vrijwillig zou melden voor dienstnemening bij het KNIL.
Anderhalf jaar later, na de nederlaag in de oorlog met Japan, kwam ook Mieck terecht in een krijgsgevangenkamp. Hij ontsnapte al snel en dook aanvankelijk onder in de kampong. Kort daarna sloot hij zich aan bij de nationalistische beweging van Soekarno en verleende hand- en spandiensten aan de Japanse bezetter. Na de Japanse kapitulatie in 1945 sloot Mieck zich met zijn Indonesische vrienden aan bij het bevrijdingsleger. Zijn KNIL-kapitein van voor de oorlog kwam ter ore dat Mieck aan gene zijde ook werd ingeschakeld om zijn fysieke krachten aan te wenden tijdens verhoren van Nederlanders en Indonesiërs die ervan werden verdacht voor de Nederlandse kant te spioneren. Ook verrichtte Mieck in de buurt van Bandoeng regelmatig wachtdiensten.Op een avond is de KNIL-kapitein de demarcatielijn overgestoken en verscheen plotseling in het nachtelijk duister voor de op wacht staande Mieck. Hij beval Mieck onmiddellijk mee te komen. Hij zat aan de verkeerde kant. Mieck ging zonder veel moeite mee en was naar een onderbreking van vier jaar weer terug in het KNIL, waar hij, tot hij later naar Nederland repatrieerde, nog menig demonstratief bokspartijtje ten beste gaf. In Nederland veranderde hij zijn naam in Hugo Miek (zonder c). Hij is inmiddels overleden.

tantesofie.jpg

tokekr.jpg

tokek.jpg

tokekkl.jpg

toktkmid.jpg

tokekkl.jpg

Het verhaal van de Familie Tokék is een verhaal van mijn tante An Middel, een merkwaardig verhaal maar waar .............

 

De familie Tokék                                                                                                                                                                          

 Het huis van tante Sofie stond voor dat van ons, gescheiden door de slokan en een straatje. Tante Sofie was een bijzondere vrouw. Ze woonde alleen en gaf les aan prinsjes en prinsesjes, de kinderen van de Soesoehoenan van Solo. Er wordt gefluisterd dat Tante Sofie een meer dan vriendschappelijke verhouding had met één van de prinsen, dat was best voor te stellen, want ze was een knappe en charmante verschijning. Bovendien vrolijk van aard, zeer levenslustig en ze hield van muziek en dansen. Het huis bestond uit een grote voorgalerij en daar achter de eetsalon en de slaapvertrekken.Bij de achtermuur de bediendekamer, de badkamer, de kamar ketjil en de waterput. Bijna iedere zondag was er bij tante Sofie wel wat te doen. Haar fuifjes op de zondagen waren in heel de omtrek bekend. Met de allernieuwste draaitafel van His Masters Voice werden de zwarte schijven heel voorzichtig op het draaiplateau geplaatst,  de veer van de grammofoon gespannen, de beweegbare kop met de naald vakkundig op het begin van de plaat gezet en het prachtig ritmische geluid galmde door de vertrekken en daar buiten.

De heren vroegen de dames, die allen gekleed waren volgens de nieuwste mode, ten dans. Zowel in de voorgalerij als in de eetkamer, zwieren de gasten en het was een lust voor het oog om de lieftallige dames en de stoere besnorde heren, met jas toetoep, parmantig te zien dansen. Als klein meisje van tien stond ik achter de keukendeur nieuwsgierig te kijken naar al het moois van de dames en genoot van de vrolijke dansen en gezelligheid.

Tante Sofie hield ook van dieren. Ze had in de grote tuin een paar hondenhokken, waarin zwerfhonden hun slaapplaats kregen. Iedere zwerfhond werd binnen gehaald en ook de vreselijk vermagerde zwerfkatten hadden bij haar een goed verblijf. Bij tante Sofie mag er geen vlieg doodgeslagen worden. Als ze er bij was, tenminste. Zelfs de muizen hadden het daar naar hun zin. Een muisgezin van twee of drie muizen kwam dagelijks hun portie eten ophalen en ook de tjitjaks, konden ongestoord op zoek gaan naar lekkere hapjes. Een tokék familie, bestaande uit Pa, ma en twee kleine tokéks hadden daar hun vaste plaatst en werden door één van de bedienden, die belast was met de verzorging van al de dieren, van eten voorzien.

Maar tante Sofie werd ziek, heel erg ziek zelfs.

Op het laatst werd tante Sofie bedlegerig. Ondanks de hopeloze toestand waarin zij verkeerde, zorgde ze er voor dat de dieren niets tekort kwamen. Soms vergat men de familie muis kruimeltjes brood voor te schotelen, dan kwam moeder muis al piepend daar aandacht voor vragen. Tante Sofie, ziek als ze was, reageerde dan met: “Sati, itoe tikoes menta makan”

“Adoeh loepa doro” antwoordde Sati en rende weg om het goed te maken. Van uit het raam kon tante Sofie ook de dieren buiten in het oog houden.Maar de toestand van Tante Sofie verergerde en ze stierf, op een ochtend terwijl Mammie bij haar was.

Na haar begrafenis werd het huis opgedoekt en de bedienden werden bij andere familieleden tewerkgesteld. De dieren werden verwaarloosd en bleven waar ze begonnen waren, op straat.

We hadden zelf twee honden en twee katten en dat vonden Ma en Pa wel genoeg.Doch op een avond, de lampen gingen net aan, de hele familie zat in de voorgalerij, te genieten van koffie-toebroek voor de ouderen en stroop soesoe voor de kinderen met vers gebakken pisanggoreng, toen de familie opeens werd opgeschrikt door het geluid van een tokék. Men begon meteen te tellen.

Stel je voor zeven keer, betekent geluk.

Één, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven, ha zeven, als ze goed geteld hebben. Iedereen glimlachte, geluk! Maar helaas, even later klonk het achtste tokékgeluid. “Geldt niet, jammer,” verzuchtte iedereen.

Maar waar komen die tokéks vandaan? Ze keken allen in de richting van het geluid en tot hun verbazing zag de familie een gezin tokék  in de hoek tegen de muur plakken.

Alsof Ma de tokék familie herkende, riep ze:’Dat is de familie tokék van Sofie, ik zie aan de kop van die grote”. “Ach, kan niet”zei Pa, “Hoe kan dat nou, Sofie woonde aan de andere kant van de sloot, en het is nog een heel eind om met het hele gezin hier naar toe te komen, onmogelijk, het zijn andere”. Maar Ma hield vol: “Jewel” zei Ma,”Het zijn de zelfde, Pa, Ma tokék en twee kleintjes, ik herken ze”

De familie tokék bleef nog een tijdje bij ons.

Het bleef voor ons een grote vraag hoe het tokékgezin van het huis van Tante Sofie, over de sloot, over het straatje door een gat in de achtermuur, in de hoek van de voorgalerij, nog wel boven mammie’s mooie trapnaaimachine, waarmee ze als coupeuse prachtige jurken voor de dames maakte, een plaatsje kon vinden, om zodoende van eten verzekerd te zijn, zoals bij Tante Sofie.

Soms zijn hersentjes, zelfs van kleine diertjes ondoorgrondelijk.

 

                                               =========

 

 

 

Het verhaal hieronder vond ik heel interessant en zo mooi geschreven, met gevoel beschreven precies zoals wij ons ook voel(d)en......... Terima kasih banyak Tuan Batikat

 

 

 

I N T E G R A T I E

Ik
was druk: ik sportte veel en deed mijn werk. Toch had ik een leeg gevoel. Daarom ging ik bij mijzelf te rade en ik kwam erachter, dat het iets te maken had met mijn roots. Ik ben weliswaar Europees opgevoed, maar die andere kant van mij, de Indonesische kant, was in de vergetelheid geraakt.

In 1995 werd ik wakker, écht wakker, met die leegte ! Ik liep als het ware met mijn ziel onder mijn arm en toen zag ik op straat een billboard over een pasar malam. Het schoot mij te binnen, dat deze iets was uit Indonesië. Hoewel ik in 1980 al in Indonesië was geweest, heb ik met deze ervaring zo goed als niets gedaan. Na mijn vakantie in Indonesië had ik mijn "Hollandse draad" weer opgepakt, maar nu merkte ik toch, dat mijn Indonesische roots héél belangrijk voor mij waren .....
Zo ging ik vol goede moed naar de aangekondigde pasar malam en ik werd totaal overdonderd door de veelheid der dingen: de dansen, de muziek, de wayang golčk, de wayang kulit, de vele kleuren en geuren, en vooral de kleding. Wat ik in 1980 gezien had tijdens mijn vakantie, was hier bijeen verzameld en veel duidelijker getoond. Waarom is mij dat alles nooit verteld over die enorme diversiteit in de Indonesische cultuur ??? Waarom is mij nooit verteld, dat Indonesië meer dan 200 culturen binnen haar grenzen telt met zo'n rijke schakering aan kleuren ??? Jawel, het voedsel kende ik wel van thuis, maar "cultuur" omvat toch wel méér dan voedsel alleen!
En dan die variatie aan kleding ..... wauw!
Ik begon het vreemd te vinden, dat mijn ouders, ja eigenlijk de hele eerste en ook tweede generatie Indo's dit soort kleding inferieur vonden. Zij dachten: hoe Europeser je je gedroeg, hoe meer geaccepteerd je dan zou worden. Helaas, niets is minder waar ! Ik gedroeg mij altijd heel Europees door mijn mondigheid, maar toch merkte ik, dat ik niet als Hollander werd en word gezien. Zelfs mijn vader en al zijn leeftijdgenoten moesten zich weer opnieuw bewijzen, hoewel al deze Indo's reeds in Indonesië de Nederlandse nationaliteit bezaten en deze hadden zij al zo'n 3 eeuwen lang door de V.O.C. ! De Hollander hier in Nederland had en heeft er totaal geen benul van. Neen, men had géén enkele notie van hoe de Indo (Indo = afkorting van Indo-europeaan) daar in Indonesië leefde.
Sterker nog: Nederlanders weten totaal niet hoe ze mensen dienen op te vangen. Dat zag je in de tijd van de repatrillering van de Indo's en dat zie je nu nog: die koude Hollandse afwerende houding, die onverschilligheid en die harde mentaliteit. Dan vraag ik mij vaak af: "Hollander, heb je echt niets geleerd van je eigen geschiedenis ? Ben jij, Hollander, dan nog zo onwetend over al die culturen na al je zeereizen ? Jij, Hollander behoorde toch tot het zeevarendste volk bij uitstek ?!" Wat geven ze nu aan asielzoekers ? In het gunstigste geval: wat geld. Verder mogen ze het zelf uitzoeken. Waar blijft het warme welkom ? Waar blijft de gastvrijheid, waar Nederland toch zo bekend om is, om de vreemdeling thuis te laten voelen ? En dan praat ik nog niet over de zogenaamde (Nederlandse) tolerantie .......
Zo werden de Indo's ook met dédain bekeken. Ik herinner mij nog, dat mijn ouders in het pension hun recht moesten bevechten om ook weer Indisch te mogen eten: dat Indische eten stonk, zo vond(en) de pensionhouder(s).
Dus, toen heb ik in 1995 op de pasar malam een kleurrijke Indonesische blouse (kemčja) gekocht. Zeker, ik moest er een kopen, want ik was gegrepen door al die prachtige kleuren en die variatie aan motieven. Wat mij toen overkwam, was een openbaring. Du moment, dat ik die blouse aanhad, voelde deze niet als vreemd of nieuw aan. Neen, ik kwam thuis door deze blouse aan te trekken. Saya pulang ! Bovendien kreeg ik ook meer zelfvertrouwen en ik besefte, dat dit heel diep zat en dat dit te maken moest hebben met mijn Indonesische identiteit. Al ben ik een Indo: ik heb Indonesische roots!
En zo gebeurde het, dat ik steeds meer Indonesische kleding ging aanschaffen en dat ik op een gegeven moment in 2000 al mijn Europese kleding vaarwel zei en de deur uit deed. Vanaf dat moment ging ik uitsluitend Indonesische kleding dragen ( jawel, ook op mijn werk !) en maakte ik mijn eigen combinaties, want zo ben ik ook wel weer: creatief en niet geconditioneerd, hoewel ik absoluut weet wat het zuiver traditionele inhoudt. En toen kon ik ook over mijn (Indonesische) identiteit vertellen.
Velen denken: natuurlijk, waarom zou je niet je eigen ding (mogen) kiezen ? Echter, deze metamorfose ging niet zonder slag of stoot. Ik heb van menigeen één of méér verwensingen naar mijn hoofd geslingerd gekregen. Aan hen die er open voor stonden, heb ik mijn verhaal verteld over de veelheid der culturen. Zij die mij zagen en bleven zien als een buitenaards wezen ..... ach, dat is hun probleem en absoluut niet het mijne. Kijk, dat noem ik nu Integratie en Democratie: je eigen keuze kunnen maken en ik kies voor mijn Indonesische roots. Amen!
Wat mij drijft, wat mijn leven boeiend maakt, is Diversiteit. De zoektocht naar diversiteit en de daarmee benodigde tolerantie en het hoognodige respect ook. Ja, ik ben er stellig van overtuigd, dat door Diversiteit, door Variatie, de wereld beter wordt, want dan is niets meer vreemd.

Zoals een Indonesische gezegde luidt:

"bhinneka tunggal ika" oftewel "eenheid in verscheidenheid" !

(ook al is er in Indonesië nog zoveel politieke onenigheid:

 politieke rotzooi heb je overal en zeker óók in Nederland !)


Tuan Batikat

Enter supporting content here

fish.gif
Klik op NEXT om terug te gaan naar het begin of een andere site

TERUG NAAR BEGIN VAN DE SITE

KLIK HIER OM NAAR MIJN ANDERE SITE "MEMORIES OF MY LIVE" TE GAAN

KLIK HIER OM NAAR MIJN FOTOSITE "MEMORIES OF MY LIVE" TE GAAN

KLIK HIER VOOR MIJN WEB-LOG MET NOG MEER VERHALEN

Klik hier om naar mijn FOTOALBUM voor fotos van diverse Koempoelans te gaan

©  S(upermuis)ylvi@